Met de pulsteller kun je het gas-, water- of elektriciteitsverbruik of de elektriciteitsproductie opvolgen.
Indicatie | Omschrijving | Uitleg |
---|---|---|
A. | Schroefklemmen 1-3 | Hier sluit je tot 3 pulsingangen aan die je moet verbinden met een meter met pulsuitgang. |
B. | Schroefklem COM | Hier sluit je de massa van de pulsuitgang(en) op aan |
C. | Schuifbrug | Hiermee verbind je een volgende module waardoor de bus en de voedingsspanning doorgegeven zijn. |
D. | ADDRESS-knop | Hiermee geef je bij het programmeren van de installatie het unieke adres van de module door tijdens de adresseringsfase. |
E. | KANAAL-leds | Een per kanaal. Licht op in TEST-mode als het verbruik of de productie van dat kanaal meer dan 20 W is. Als er een kanaalfout optreedt, knippert de led om een foutcode weer te geven. |
F. | STATUS-led | Licht op in TEST-mode als de module correct aangesloten is en goed functioneert. Als er een fout optreedt, knippert de led om een foutcode weer te geven. |
De module heeft drie ingangen. Je kunt ze dus met drie meters verbinden. De pulsteller telt de pulsen samen en converteert ze naar m³ of kWh. De schaalfactor van de pulsen (bijv. 1 puls = 10 liter) en het type meter (gas, water of elektriciteit) stel je in via de programmeersoftware.
Het totale gas-, water- en elektriciteitsverbruik en eventueel ook de elektriciteitsproductie verschijnt op het ecodisplay. Via het touchscreen kan de bewoner een gedetailleerd overzicht krijgen van de geschiedenis van het energieverbruik.
opgelet
De pulsteller mag niet gebruikt worden voor facturatiedoeleinden. De enige geldige meterstand is deze van de nutsmaatschappij. Het verbruik dat de pulsteller registreert, mag louter voor informatieve doeleinden gebruikt worden.
Voor het meten van elektriciteit heb je de keuze. Op basis van het aantal en het type kanalen dat je wilt meten, kies je een meetmodule elektriciteit met één kanaal, een meetmodule elektriciteit met drie kanalen of een pulsteller voor drie kanalen in combinatie met een meter met pulsuitgang. Zie Meetmodules elektriciteit.
Maximum kanalen
Per installatie kun je maximaal 20 kanalen meten.
De meetgegevens worden opgeslagen in het geheugen van de connected controller. Hoe lang de connected controller deze gegevens bewaart, hangt af van het aantal kanalen in de installatie. Een overzicht vind je in volgende tabel.
Aantal kanalen | Opslagcapaciteit van de connected controller |
---|---|
3 | 9 jaar |
9 | 3 jaar |
15 | 1,5 jaar |
20 | 1 jaar |
Er zijn drie mogelijkheden om een meter te voorzien van een pulsuitgang:
Opgelet
In de programmeersoftware kun je de munteenheid instellen: EUR, GBP of SEK. Het gas- en waterverbruik wordt weergegeven in m³, elektriciteit in kWh. Per kanaal kun je volgende instellingen ingeven:
opgelet
Als de module normaal functioneert, licht de STATUS-led enkel op in TEST-mode. Als er één of meerdere fouten optreden, gaat hij knipperen om de foutcode weer te geven van de fout met de hoogste prioriteit. Een overzicht van de foutcodes vind je in volgende tabel.
LED | ACTIE | FOUT | MOGELIJKE OORZAKEN |
---|---|---|---|
STATUS-led | Knippert met één puls per twee seconden. | Communicatiefout | De module is defect of er is niets aangesloten op de aansluitklemmen. |